SANTIAGO

Begin maart 2016 gaan we weer terug naar de Kaapverdische eilanden, de keuze is nu gevallen op het eiland Santiago. Ondanks de wetenschap dat TACV een onbetrouwbare en noodlijdende airline is, nemen we het risico om met deze nationale 'trots' van Kaapverdië het luchtruim te kiezen. Enkele maanden geleden verliep de vlucht naar Sao Vicente met deze airline prima en ook ditmaal hopen we op een goede afloop. Wederom vliegen we via Lissabon, ditmaal naar de hoofdstad van Cabo Verde, Praia. Santiago is het grootste en belangrijkste eiland van het land.

Er zijn minder toeristen dan op Sal of Boa Vista, want Santiago heeft niet zulke mooie stranden als de oostelijk 'zandeilanden', maar toch moet er genoeg te beleven zijn voor ons.

Het eiland is namelijk een 'staalkaart' van wat Kaapverdië te bieden heeft. Het stadsleven van Praia, dat overgoten is met een Portugees-Afrikaans sausje, de koloniale nederzetting Cidade Velha die opgenomen is op de werelderfgoedlijst. Centraal op het eiland ligt een grillig berglandschap met groene, vruchtbare valleien, daar tussenin en in het noordwesten is bij Tarrafal een van de betere stranden te vinden.

Het is de afwisseling die ons aanspreekt en daarmee zou het op dit eiland wel goed moeten zitten.

Om er te komen gaat ditmaal minder vlekkeloos. De Ryanairvlucht vanuit Eindhoven nar Lissabon is urenlang vertraagd vanwege de versperring van de landingsbaan door een klein vliegtuigje met startproblemen. Het is een chaos op Eindhoven Airport en de vraag of we onze aansluiting met TACV in Lissabon wel zullen halen. Ditmaal is het voor ons een geluk dat TACV ook vertraging heeft en daarom kunnen we ondanks onze verlate aankomst op ons gemak inchecken voor de vlucht naar Praia.

Later zal blijken dat de vrees over TACV gegrond is en het ergste nog moet komen, maar eerst gaan we genieten van het eiland en denken maar zo weinig mogelijk aan de vlucht terug....

 

Hoofdstad Praia ligt in het zuidoosten van het eiland aan een grote baai. Bij de daling van het vliegtuig is er mooi uitzicht over de stad die er vanuit de lucht wat merkwaardig uitziet. De stad is gebouwd op enkele grote donkere basaltplateaus, met rommelige, lager gelegen woonwijken ertussen en erachter. De plateaus liggen rond de haven, waarin een bruin en kaal eilandje te zien is.

Het plateau direkt ten noorden van de haven is de oude kern van de stad en wordt kortweg Het Plato genoemd.

In het luchthavengebouw aangekomen moeten we eerst weer 25 euro neertellen voor het toeristenvisum, voordat we kunnen aansluiten in de volgende lange wachtrij voor de douane. Daarna is het wederom wachten op de koffer en is het inmiddels avond als we de aankomsthal en de uitgang bereiken.

De naam van de luchthaven is niet zo lang geleden officieel Nelson Mandela International Airport geworden.

Wij verblijven enkele dagen in een hotel net buiten het centrum van de stad, in een wat nieuwere buitenwijk waar redelijk verzorgde woonblokken voor de groeiende middenklasse ontstaan.

Toch heerst er ook nog altijd armoede onder de Kaapverdianen, wat net buiten de wijk te zien is. Dagloners hakken hier basaltkeien, bedoeld voor aanleg en onderhoud van de wegen, uit een lage berg. Sommige wonen zelfs in nissen in de wand bij de illegale afgravingen. Een vrachtwagen vol met uitgehakte keien levert een schamel bedrag van ongeveer 30  euro op.

Hier heb je als toerist verder weinig te zoeken, maar de aluguer naar het 10 km verderop liggende Cidade Velha zou hier voorbij moeten komen. Dat hopen we tenminste, want daar willen we graag even rond gaan kijken.

Ons geduld wordt niet lang op de proef gesteld, de aluguers rijden hier af en aan. Na even wachten in het ochtendzonnetje stopt er al gauw een schijnbaar overvol busje. Maar met wat inschikken en proppen passen wij er nog makkelijk bij en zijn we al gauw onderweg naar Cidade Velha.

 de

CIDADE VELHA

De vroegere hoofdstad Ribeira Grande wordt tegenwoordig Cidade Velha genoemd.

Er loopt een uitstekende weg naartoe, die enkele ribeira's (droge rivierbeddingen) passeert en dan op het plateau boven Cidade Velha uitkomt bij een splitsing in de weg. Naar rechts voert naar het Portugese fort dat boven de nederzetting uittorent, naar links gaat het naar beneden het plaatsje in.

Het historisch belang was voor Unesco groot genoeg om Cidade Velha en het fort in 2009 op de befaamde werelderfgoedlijst te zetten.

Met behulp van Afrikaanse slaven werden in de koloniale tijd in de vruchtbare rivierbedding allerlei nieuwe gewassen geintroduceerd en er groeien nu gewassen als mais, citrusvruchten, suikerriet, banaan, kokospalmen, katoen en vijgen.

Nadat Praia de hoofdstad werd van Santiago en Kaapverdië, kreeg Ribeira Grande de huidige naam Cidade Velha, Oude stad. De bevolkingsomvang kromp en de ooit zo trotse hoofdstad veranderde in een eenvoudige, maar wel mooi gelegen plaats. Vandaag de dag zijn er nog verschillende overblijfselen van het koloniale verleden te bezichtigen en genieten we er van een relaxte sfeer en mooie wandeling in de groene rivierkloof in het achterland. Daar wordt succesvol landbouw bedreven en er is ook hier weer een groguestokerij.

 

De bouw van het fort was een reaktie op aanvallen van Britse piraten in 1590. Tegenwoordig is de vesting pico bello gerestaureerd en kun je er tegen een kleine entreeprijs naar binnen. Niet alle gebouwen binnen de muren staan er nog, maar de vestingwerken met geschutstorentjes en kannonen moeten indrukwekkend zijn geweest in die tijd. Nu is er een mooi uitzicht over Cidade Velha en de ribeira erachter.

Het achterland bestaat uit droge vlaktes, met de toppen van de bergketen Serra do Pico da Antonia op de achtergrond. Hier en daar staan acacia's en doornige struiken en er groeit opmerkelijk veel aloë vera langs de weg. Het handjevol onaantrekkelijke dorpen in deze droge streek is de moeite van een bezoek niet waard. Verder aan de weg ligt Porto Mosquito, een naam die niet veel goeds voorspelt en verder naar de zuidkust is het ontoegankelijk, droog en bruin.

Het overzichtelijke plaatsje heeft een centraal plein bij het donkere en rotsige strand langs de baai. Het toeristenbureautje is gesloten, maar er zijn een paar cafés waar we onze dorst kunnen lessen en een hapje eten voor de lunch.

Op het plein staat een slavenzuil uit de 16e eeuw, bedoeld om de slaven aan vast te binden die met de zweep of op andere wijze gestraft moesten worden.

Aan de andere kant van de plaats is de Igreja de Nossa senhora de Rosario de oudste kerk van Kaapverdië en Afrika beneden de Sahel. Vanzelfsprekend is het gebedshuis in de loop der eeuwen af en toe opgeknapt, maar er zijn nog steeds 17e eeuwse grafstenen in de kerkvloer te ontdekken.

Rond de baai liggen verder overblijfselen van drie forten en in de wijk op de rotsen ligt de ruïne van de kathedraal van Ribeira grande waar niet veel meer van over is dan wat afgebrokkelde muren.

De overblijfselen van het klooster en de kloosterkerk van Sao Francisco aan het begin van de ribeira liggen er wat beter bij.

 

 

 

PRAIA

Het hart van de stad is Het Plateau, hier simpelweg Plato geheten. Het Praca Alexandre de Albuquerque vormt weer het hart van het Plato. Op het grote, prettige plein zijn bomen en een horecagelegenheid. Eromheen staan de vrij sobere kathedraal van Praia, het gemeentehuis, het Palacio de Cultura, het gerechtsgebouw en even verderop het presidentieel paleis. Achter het paleis kondigt een verroest pantservoertuig en complex met legerbarakken aan en blikt een standbeeld over de stad uit.

Tussen de hoofdstraten begint een aardige winkelpromenade.

Onder aan het Plato, voorbij een vrij desolaat terrein met weinig bebouwing is de drukke Sucupira markt, de grootste markt van het eiland. Het is een echte Afrikaanse markt, met een wirwar van smalle binnenstraatjes en kleurrijke kraampjes. 

Naast de markt vinden we de belangrijkste verzamelplaats van alugueres, waarmee we een ritje over het eiland gaan maken naar onze volgende bestemming.

 

Op dit eiland rijden meer aluguers dan gewone auto's en het is dan ook niet moeilijk en nooit lang wachten om het juiste busje te vinden. Ook al spreken we elkaars taal niet, de Kaapverdianen zijn vriendelijk en behulpzaam en er is altijd wel iemand die ons de goede weg wijst. En dat zonder opdringerig te zijn, ze lijken soms op het eerste oog wat afstandelijk en kijken de kat liever wat uit de boom dan dat ze initiatief nemen.

In Praia heerst een levendige, Afrikaanse sfeer, maar als stad heeft het niet bijster veel te bieden, met een middag hebben we het hier wel gezien en gaan we het eiland verder verkennen. 

Het zuidelijke en zuidwestelijke deel van het eiland is landschappelijk niet zo interessant, maar dat geldt niet voor het centrale en noordelijke deel van het eiland waar twee grillige bergketens oprijzen. Tussen de bergen vormen groene valleien de belangrijkste landouwgebieden van Kaapverdië.

Vanuit Praia loopt een goede hoofdweg dwars over het eiland naar het noordwesten, naar Tarrafal.

Het eerste deel van de weg is het landschap nog vrij eentonig en kaal, maar na een kilometer of tien wordt het steeds mooier.

De eerstvolgende plaats van belang is Sao Domingos, gelegen in een mooie groene vallei tussen grillige bergpieken. Het is goed te zien dat er in dit centrale deel van Santiago meer water aanwezig is, want er wordt volop landbouw bedreven. Net als op Santo Antao worden er vele gewassen geteeld zoals suikerriet, bananen, papaja's, mango's en avocado's.

Voorbij Sao Domingos gaat de hoofdweg over het eiland verder langs een paar dorpen waar volop baougainville bloeit.

Na het passeren van een bergrug daalt de route af naar Assomada, waar we een paar dagen willen blijven om dit deel van het eiland te verkennen. Dit is nog een mooi stukje weg, met fraaie vergezichten op de bergen en valleien van centraal Santiago. Voorbij de passage over de bergrug steekt een grillige rotspartij uit boven het mooi gelegen dorp Pico. Vanwege de gelijkenis met zijn standbeeld in Lissabon is de rots vernoemd naar de markies van Pombal, een Portugese staatsman uit de 18e eeuw.

PICO

Langs een van de mooiste routes in Centraal Santiago, met mooie vergezichten op de bergen en valleien springt het dorpje Pico in het oog.

Voorbij een passage over de bergrug steekt een rotspartij met grillige pieken uit boven het mooi gelegen dorp. Het is duidelijk waaraan dit dorpje zijn naam te danken heeft, het kerkje tegen de achtergrond van de markante rots vormt een prachtig plaatje vanuit de aluguer. Helaas heb ik het niet vast kunnen leggen vanwege de coureursambities van onze chauffeur....

 

ASSOMADA

Assomada is een prettige marktplaats in het midden van het eiland, die sinds kort de status van stad heeft. Het is na Praia en Mindelo de derde stad van Kaapverdië. Toch heeft het plaatsje geen stadse uitstraling; daarvoor is het te klein en er zijn geen hoge gebouwen. De plaats ligt grotendeels op een plateau en bezit, zoals bijna elke zichzelf respecterende plaats in Kaaperdië, een centraal plein. Aan dat prettige plein staat het hotel waar we een paar nachten willen blijven. Hier staat de oude Igreja do Nazareno, uiteraard in Portugese stijl gebouwd en er zijn enkele sfeervolle cafe's waar ze lekkere snacks maken.

Natuurlijk is er ook een levendige, gemeentelijke markt met een veelheid aan tropische vruchten en etenswaren zoals maniok, cassave, vruchten van de baobab en zuurzak. Op dinsdag en zaterdagen wordt het stadscentrum omgetoverd in een nog veel grotere streekmarkt en de straten rondom het plein en de oude markthal heerst een levendige drukte. 

Voor de verkiezingen van volgende week wordt door het hele land luidruchtig campagne gevoerd en vandaag komt de president een bezoek brengen aan Assomada. Aan het einde van de zaterdagmiddag, als de markt nog in volle gang is en de bewoners naar de president komen kijken, krijgt Assomada pas echt stadse trekjes.

 

 

 

Bij de markt is ook een klein museum dat inzicht biedt in de geschiedenis van Assomada en het district Santa Catharina, waar de stad hoofdstad van is. Het museum is verder gewijd aan de tabanka, een ritmische traditionele Kaapverdiaanse muziekvorm met Afrikaanse roots.

Trots zijn de inwoners van de stad op een huis in het noordelijke deel van Assomada. Hier woonde hun nationale held Amilcar Cabral in zijn kinderjaren. Het huis is overigens niet toegankelijk voor publiek.

Aan de noordkant van het stadje is het ook goed wandelen in Boa Entrada, een groene vallei met een paar kleine nederzettingen en groguestokerijtjes. Bijzonder is de 400 jaar oude kapokboom in de vallei. De boom heeft reusachtige wortels en huisvest een van de twee bekende broedkolonies van de zeldzame Kaapverdische purperreiger.

Voorbij Assomada, langs de hoofdroute over het eiland  in de richting van Tarrafal ligt de volgende bergketen. Rond de berg ligt het Parque Natural de Serra Malagueta, bedoeld om de natuur en vooral de plantensoorten in het gebied te beschermen. Er worden pogingen gedaan om ecotoerisme in het gebied te stimuleren, maar veel vaart zit er nog niet achter. Het is beslist een mooi berggebied met hier en daar kleine dorpjes, decoratieve landbouwterrassen en zowaar ook naaldbomen. Als je in het gebied gaat wandelen kom je soms groepjes fluweelapen tegen; Santiago is het enige Kaapverdische eiland waar deze in Afrika veelvoorkomende apensoort leeft.

De hoofdweg loopt dwars door het mooie gebied en stijgt naar een pas met weidse uitzichten. Hierna daalt de route af naar Tarrafal, maar eerst stuit je nog op een concentratiekamp dat door het Portugese regim werd gebouwd om tegenstanders op te sluiten.

TARRAFAL

In Tarrafal, de belangrijkste plaats in het noorden van het eiland, gaan we op zoek naar onderdak voor de volgende nachten.

Grote attractie hier is het witte zandstrand langs de Baia do Tarrafal. Aan de ene kant wordt het strandgedeelte in beslag genomen door vrolijk gekleurde vissersbootjes, het gedeelte aan de andere kant is geschikt voor zonnebaders en zwemliefhebbers. Je kunt er je handdoek neerleggen tussen geen groepje schaduwgevende kokospalmen die op het strand staan. Op een rotspartij aan zee is een overdekt zitje, dat vroeger als bar fungeerde voor hotel Baia Verde.

 

Bij Tarrafal gaat de hoofdroute over het eiland verder langs de oostkust. Deze weg stijgt en daalt over de uitlopers van de bergen in het midden van het eiland en geeft weer een heel andere indruk van Santiago. Het is er kaler en er staat nog meer wind dan elders. De golven van de oceaan beuken op zwarte vulkanische rotsen en hier en daar rijden we door een dorpje, een groene ribeira, een plukje kokospalmen, een kleine bananenplantage of zien beneden de rotsen met een inham en strandje met vulkanisch, donker zand. Langs deze route liggen twee grotere plaatsen, verderop richting Prai ligt Pedra Badejo, maar wij stappen uit de aluguer in Calheta de Sao Miguel en gaan een kijkje nemen in dit kustplaatsje.

 

CALHETA DE SAO MIGUEL

En dan is veel te snel het moment aangekomen dat we onze winterjas weer op moeten gaan zoeken voor de terugvlucht naar Lissabon. De hele week heeft het door ons hoofd gespeeld óf er wel een terugvlucht met TACV zal zijn. Al voor ons vertrek is duidelijk geworden dat de airline met grote problemen te kampen heeft, vorige week is op Schiphol een toestel aan de ketting gelegd wegens betalingsachterstanden. Vertragingen en uitval van vluchten waren altijd al aan de orde van de dag bij deze maatschappij, maar momenteel is het echt een drama. We hebben er onze vakantie niet door laten beïnvloeden en zo weinig mogelijk aan de terugvlucht gedacht, maar nu is het dan toch echt zover.

Al gauw blijkt dat onze vrees waarheid gaat worden, op internet vinden we dat TACV nog steeds niet aan zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan en de problemen zijn dus nog lang niet opgelost. Integendeel, er zijn diverse vluchten gecanceld, waaronder hoogstwaarschijnlijk de onze.

Omdat TACV zelf zwijgt in alle talen, gaan we in alle vroegte toch maar naar de luchthaven om duidelijkheid te krijgen. Daar is het een chaos, onze vlucht staat niet eens op het scherm en we worden meer dan een uur van het kastje naar de muur gestuurd.

Gelukkig hebben we een hele dag speling om onze aansluiting in Lissabon met Ryanair naar Eindhoven te halen en vliegt TAP dezelfde avond wel naar de Portugese hoofdstad.

Uiteindelijk landen we toch nog op tijd zoals gepland op de bekende bodem van Eindhoven Airport en kunnen we, ondanks alles, terugkijken op een mooie, maar spannende week in Cabo Verde.

Maak jouw eigen website met JouwWeb