Krakau

KRAKAU

 

 Op de eerste dag van juli 2012 brengen we een bezoekje aan Krakau waar we willen gaan genieten van alle schoonheid en cultuur die de stad te bieden heeft.
Krakau is na Warschau de grootste stad van Polen (756.441 inwoners, 2008). De stad ligt aan de rivier de Wisla in het zuiden van Polen. Het is de voormalige hoofdstad van Polen (tot 1609) en is een van de belangrijkste cultuursteden van Midden-Europa. Het wordt daarom wel het Florence van Polen genoemd, en is volgens velen een van de mooiste steden van Europa. De stad kwam als een van de weinige steden in Polen bovendien ongeschonden de Tweede Wereldoorlog door. Het stadscentrum staat op de werelderfgoedlijst van de Unesco en Krakau was culturele hoofdstad van Europa in 2000.|
De hoogtepunten zijn de oude stad met het grote plein, de Rynek Glówny, de Wawelheuvel met de kathedraal en de burcht en de joodse wijk Kazimierz.
Ook willen we gaan afdalen in de mijngangen en zoutzalen van de zoutmijn in Wielicska.
Verder is het nabijgelegen concentratiekamp Auschwitz en het monument een bezoek waard.

 

  

Als Ryanair ons met beide benen op de grond van luchthaven Balice heeft gezet gaan we na het pinnen van de nodige zloty's op zoek naar de trein die ons naar het centrum zal brengen. Net buiten de aankomsthal komt de gratis shuttlebus die de twee terminals met elkaar en het treinstationnetje verbindt al aanrijden. Prima geregeld, alhoewel het maar een ballegooi is naar het station, dat eigenlijk niet meer is dan een klein perron. Twintig minuten later stappen we vanuit het boemeltreintje in hartje centrum. Via de Galeria, een overdekt winkelcentrum á la Hoog Catherijne, lopen we door het park Planty, dat als een groene gordel om het stadshart ligt, naar ons hostel net buiten de oude stad.
We krijgen op deze tropische zomerdag een warme zolderkamer toebedeeld, die we zo snel mogelijk weer verlaten.
Op naar de Rynek met z'n terrasjes!

 

 De Grote Markt, waarop de talrijke uitnodigende cafeterrassen staan, vormt het centrum van de oude stad. Hier is de traditie van de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie nog voelbaar, zij het dat die gepaard gaat met een behoorlijke portie provincialisme. Maar de sfeer is er hoe dan ook sympathiek.
De Rynek Glówny meet ongeveer 200 bij 200 meter en is daarmee een van de grootste middeleeuwse pleinen van Europa. De herenhuizen die eromheen staan, stammen allemaal uit de Middeleeuwen.
Drie monumenten springen meteen in het oog: de Mariakerk, de raadhuistoren en midden op het grote plein staan de indrukwekkende Lakenhallen (Sukiennice).
Het onbetwistbare middelpunt van de stad, ook in toeristisch opzicht. Echter op deze tropische zondagmiddag is het opvallend rustig op het plein.

 

 

 

 

 

Het oude centrum van Krakau heeft nog altijd ongeveer de vorm waarin de stad werd gebouwd en is nu omringd door het plantsoen Planty dat de loop van de vroegere stadsmuur volgt. De Florianpoort, Brama Florianska, is de enige stadspoort die bewaard is gebleven van de vroegere, machtige dubbele fortificatie rondom de stad. Behalve dit kleine stukje poort vielen de stadsmuren ten offer aan de stadsvernieuwingen van de 19e eeuw. Op de plaats van de gesloopte muren legde men de groengordel aan.
De opvallende 15e eeuwse Barbakan ligt op een steenworp afstand van het station. Dit door zeven torentjes gesierde bakstenen bastion is veel groter dan zijn naamgenoot in Warschau.
De poort is het begin van de koninklijke route. Hiervandaan loopt de drukke wandelstraat Ulica Florianska met kleurige en rijk versierde herenhuizen recht naar het marktplein.
Het hele oude centrum is vrijwel autovrij, alleen bestemmingsverkeer om de winkels en restaurantjes te bevoorraden heeft hier toegang.
Het regelmatige stratenplan lijkt op een schaakbord, de centrale Rynek wordt omgeven door een regelmatig patroon van kruisende straatjes. Hoewel het historische centrum niet groot is kun je er toch een paar dagen ronddwalen om telkens op een nieuw straatje, een onbekend schilderachtig hoekje, pleintje of nóg een kerk te stuiten.
Waar de Florianska uitkomt op de Rynek doemt de Mariakerk op in de hoogte. Rechtdoor over het plein gaat de Koningsweg verder en heet deze Burchtsteeg, welke ons direkt naar de Wawelheuvel brengt.

 

 

Na een koud drankje op een van de terrassen zetten we koers naar de burcht op de heuvel boven de rivier de Wisla. Het valt in eerste instantie niet mee om ons te orienteren op het symetrische plein, maar al gauw vinden we de goede weg.
De heuveltop draagt het indrukwekkendste historische complex van het land, de zetel van de Poolse koningen en de kathedraal waar zij zich lieten dopen, kronen en begraven. 
De kathedraal is niet alleen een van de brelangrijkste religieuze heiligdommen in een erg religieus land, maar ook een nationaal heiligdom dat zijn bestaan niet cadeau gekregen heeft. Met de koningen werden er ook andere, ongekroonde, helden begraven.
Met ons beklimmen jaarlijks ruim 2 miljoen bezoekers het hobbelige pad dat aan de noordkant van de Wawel omhoog voert.

 

 

 

Na een korte, eerste indruk van de Wawel met z'n pracht & praal en een mooi uitzicht op de stad en de Wisla, wandelen we verder langs de rivier naar de joodse wijk. Tweehonderd jaar geleden was men in slechts 20 minuten lopen in een andere stad.

Vanaf de Wawel bereiken we Kazimierz en stuiten we op een -hoe kan het ook anders in Krakau- mooie kerk.
Weer wat verder op onze wandeling komen we op een plein, deze plek was ooit een druk marktplein en het hart van de jodenbuurt. Na jaren van troosteloos verval zijn er nu aardige restaurantjes verschenen en komt het plein weer tot leven.
Tot voor kort leek het alsof Kazimierz weliswaar zijn vroegere bewoners had verloren maar niet zijn armoede: vervallen huizen, vermoeid en weinig gastvrij ogende mensen, volgens veel Krakowers geen plaats om 's avonds een wandeling te maken. Inmiddels is dat veranderd, panden worden gerestaureerd en huisvesten oa goede joodse restaurants.
Jammer van alle auto's die op het pleintje geparkeerd staan, maar geen verkeerde plek voor een traditionele Poolse maaltijd.

 

In Kazimierz zijn nog veel getuigenissen van het joodse leven te vinden. De zeven synagogen werden door de nazi's bestemd als 'musea van het ten onder gegane ras'en zijn daarom gespaard gebleven. In het centrum van de joodse wijk staat een van twee thans nog in gebruik zijne gebedshuizen. Als wij bij de oude synagoge aankomen is deze helaas gesloten, evenals de begraafplaats achter de synagoge. Deze begraafplaats en die in Praag zijn de enige joodse begraafplaatsen uit de Middeleeuwen die Europa nog bezit. Het graf van de orthodoxe rabbijn Mozes Isserle is het doel van pelgrims uit de hele wereld.
Toen het kerkhof vol was, konden de graven volgens joods religieus gebruik niet geruimd worden, maar werd er een dikke laag aarde overheen gestort voor nieuwe graven. De nazi's gingen in de oorlog met de bulldozer over het kerkhof, maar hadden -gelukkig- geen weet van de laag die eronder zat. Bij het hersel is de oudere, veel interessantere, laag weer blootgelegd, de vernielde stenen van de nieuwere graven zijn als een monument in de muur ingemetseld.
De begraafplaats achter het spoorviaduct is minder oud, maar wel toegankelijk en bijzonder sfeervol.

Van de 68.000 joden uit Kazimierz overleefden er een kleine 1200 die de fabrikant Oskar Schindler naar Moravië had kunnen overbrengen onder het voorwendsel dat ze in zijn fabriek werkten voor de oorlogsindustrie. Deze geschiedenis is sinds 1994 dankzij Steven Spielbergs film Schindlers List algemeen bekend.
Schindlers emaillefabriek staat nog steeds elders in Krakau, ook al heeft het bedrijf de omwenteling van 1989 niet overleefd en is de fabriek tegenwoordig gedeeltelijk ingericht als museum. Delen van de film zijn hier opgenomen.


 

 

Voordat we Krakau gaan verlaten hebben we nog een uurtje te besteden en dat wil ik graag doorbrengen op het binnenhof van collegium Maius.
De Ulica Swietej Anny loopt van de markt naar het gebouwencomplex van de universiteit die in 1364 werd gesticht als tweede universiteit in Midden-Europa na die van Praag.
Het collegium Maius, het oude hoofdgebouw, behoort tot de weinige bewaard gebleven universiteitsgebouwen uit de begintijd. Het is gebouwd als een klooster en bestaat uit vier woonvleugels rond een vierhoekige binnenplaats met arcades en zuilengalerijen.
Het universiteitsmuseum met de ongetwijfeld prachtige interieurs en onder andere antieke wereldbollen blijft (ditmaal) gesloten voor ons.



Onder de stad ligt een uitgebreid stelsel van kelders met gothische bakstenen gewelven in meerdere verdiepingen. Gangetjes en kamertjes waarin tegenwoordig het uitgaansleven is vertegenwoordigd met café's, theaterbars en restaurantjes. De kelders zijn de oorspronkelijke benedenverdieping van de oude huizen, vanaf 1400 werden straten en pleinen met grond verhoogd omdat de Wisla nogal eens gevaarlijk ver buiten zijn oevers trad. De nieuwe stad die zo ontstond was beter bestand tegen het hoge water.
In de 19e eeuw zijn de kelders uitgegraven en de eindeloze gangen kwamen weer tevoorschijn. Ze werden aanvankelijk als pakhuizen gebruikt en in de oorlogen was het een onderduikplek met vluchtwegen om ongemerkt de oude stad te verlaten. Nu is een van deze kelderkamertjes de bibliotheek van ons hostel en als ontbijtruimte in gebruik.

 

 

Wieliczka

In de hitte van de Poolse zomermiddag nemen we de bus naar het 15km verderop gelegen stadje Wieliczka voor een bezoek aan de zoutmijn. Bij deze hoge temperaturen is het een verademing om af te dwalen in de koele ondergrondse gangen en zalen van het zoutlabyrint met een contante temperatuur van zo'n 15 graden.

Als cultureel werelderfgoed van de Unesco is dit de moeite waard voor een uitstapje. Echter, tot voor kort leek het onzeker of de mijn ooit nog bezichtigd zou kunnen worden: in 1992 brak een ondergrondse rivier de mijngangen binnen waardoor de kostbare delen van de mijn en de stad zelf acuut in gevaar verkeerden. Inmiddels hebben de reddingsmaatregelen succes gehad en we lopen geen gevaar meer tijdens het 2 uur durende bezoek aan de mijn. Desondanks heb ik af en toe een wat onbestemd gevoel als ik achter de gids aan door de diepe, schemerige ondergrondse mijnschachten dwaal.

De rondleiding gaat maar over 3 km van de in totaal 300 km lange mijngangen die tot 327m diepte reiken. Er strekt zich een wonderlijke wereld van zoutmeren, natuurlijke grotten, schachten, afgronden, mijnwerkersgereedschap uit de laatste vierhonderd jaar, reusachtige bouwstellingen en de door naamloze mijnwerkers gebeeldhouwde beelden en reliefs uit. Ondanks het hier en daar wat hoog Efteling gehalte een unieke ervaring om hier rond te dwalen.

 

Op 101m diepte bevindt zich de 54m lange en 12m hoge kapel van de heilige Kinga, met uit zout gehouwen altaren en beelden. In deze grote, onderaardse grot met zijn kunstzinnige versieringen vinden regelmatig concerten, vieringen en missen plaats.
Ook bijzonder zijn de spiegelgladde ondergrondse meren die we passeren.

Het zout in de mijn voert een continue strijd met de vochtige lucht. De combinatie bleek echter helend, want op een diepte van 211m is een sanatorium ingericht. Mensen met astma of een allergie hebben baat bij de zilte lucht.
Ook voor de Poolse koningen was het zout van vitaal belang. Het was in de Middeleeuwen het belangrijkste conserveringsmiddel en smaakversterker en de prijs verschilde niet veel van die van edelmetalen. Soms vormde het een derde van het totale staatsinkomen. Er werden oorlogen en nieuwe kastelen mee bekostigd, maar bijvoorbeeld ook het salaris van de professoren van de Krakause universiteit.

 

 

Zoals zoveel in Polen begint ook de ontdekking van de zoutmijn met een wonder.
De Hongaarse prinses Kinga ging trouwen met een Krakause hertog en ze wilde hem verrassen met een huwelijksgeschenk dat al zijn onderdanen geluk zou brengen. Daarom gooide zij onderweg naar Krakau haar kostbare diamanten ring in een kloof en voorspelde dat waar de ring gevonden zou worden, een schat verstopt zat. De inwoners van Wieliczka daalden af in de diepte en vonden, wonder bij wonder, de ring terug in een kristallen, glanzende brok zout.
Vanwege de hoge waarde van het zout in die tijd niet zo verwonderlijk dat deze 'gouden' vondst met legendes omgeven is.

 

 

AUSCHWITZ

De volgende ochtend zijn we weer vroeg paraat om de bus te nemen naar Oswiecim. Deze stad hoort bij een bezoek aan Polen om even stil te staan bij de verschrikkingen die hier in het verleden plaatsvonden.
Achter de Poolse plaatsnaam op 54km ten westen van Krakau, gaat het Duitse 'Auschwitz' schuil. En achter dat woord niet één concentratiekamp, maar een hele reeks kampen, die in ieder geval in kwantiteit de gruwelen van alle andere nazi-vernietingingskampen overtreffen en verantwoordelijk zijn voor het leeuwendeel van de stelselmatige genocide die door de nazi's is aangericht tegen de joden en anderen. In de kampen van Auschwitz zouden 4 miljoen mensen van 28 nationaliteiten zijn vermoord.Iedereen heeft de nazi-propaganda spreuk 'Arbeit macht frei'weleens gehoord of gezien. Deze staat, uit ijzer gesmeed, boven de ingangspoort van het voormalige Basiskamp 1 van Auschwitz.

Het Auschwitzmuseum is ondergebracht in de vroegere gevangenenbarakken.
De poort met het cynische opschrift, wachttorens, schrikdraad, de dodenmuur, gaskamers, crematoria vormen een onuitwisbare herinnering aan de afschuwelijke gebeurtenissen.
Het haar van vermoorde gevangenen, brillen en andere hulpmiddelen als kunstbenen, koffers met namen erop en bergen persoonlijke bezittingen maken deel uit van de expositie.

 

Het 2,5 km verderop gelegen Birkenau geeft een indruk van de schaal van de misdaad. Van de ruim 300 houten barakken op het immense terrein achter het poortgebouw resteert slecht een woud van schoorstenen, maar een paar barakken zijn gereconstrueerd. Door de poort loopt de spoorlijn langs de beruchte perrons tot aan de twee vernielde gaskamers.
Daartussen staat het in 1967 opgerichte internationale monument voor alle gevallenen van Auschwitz.

 

Auschwitz, waar miljoenen mensen het slachtoffer werden van een onmenselijke moordmachine.
De diepere betekenis van het bezoek aan Auschwitz wordt aangeduid met het opschrift bij de toegang tot het vierde Duitse blok: Wie zich de geschiedenis niet herinnert, is veroordeeld haar opnieuw te beleven.
Ieder ervaart een bezoek op zijn eigen manier, de meesten diep geschokt en er zijn zelfs gevallen bekend van bezoekers die een hartaanval kregen. Hoe dan ook, een zeer indrukwekkende ervaring. 

 

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb